Nokia C6 00 - Apparaten koppelen

background image

Apparaten koppelen

U kunt uw apparaat met een compatibel

apparaat koppelen om de volgende

Bluetooth-verbindingen tussen de

apparaten sneller te maken. Voordat u

apparaten koppelt, moet u een eigen code

(1 tot 16 cijfers) maken en afspreken met

de eigenaar van het andere apparaat dat

deze dezelfde code gebruikt. Apparaten

zonder gebruikersinterface hebben een in

de fabriek ingestelde toegangscode. Het

wachtwoord wordt slechts eenmaal

gebruikt.
Selecteer

Menu

>

Instellingen

en

Connectiviteit

>

Bluetooth

.

1 Open het tabblad Gekoppelde

apparaten.

2 Selecteer

Opties

>

Nw gekoppeld

apparaat

. Apparaten die binnen het

bereik vallen worden weergegeven.

3 Selecteer het apparaat.

4 Voer de toegangscode op beide

apparaten in.

Met wordt in de

apparaatzoekweergave een gekoppeld

apparaat aangeduid.
Na het koppelen met een accessoire

verbinden

Selecteer

Opties

>

Verb. met

audioapparaat

. Sommige

audioaccessoires worden na het koppelen

automatisch met uw apparaat verbonden.
Een apparaat als geautoriseerd

instellen

Selecteer

Geautoriseerd

. Verbindingen

tussen uw apparaat en het

geautoriseerde apparaat kunnen worden

gemaakt zonder dat u het weet. Gebruik

deze uitsluitend voor uw eigen

apparatuur, zoals uw compatibele

headset of pc, of voor apparaten die

toebehoren aan iemand die u vertrouwt.

verwijst naar geautoriseerde

apparatuur in de weergave voor

gekoppelde apparaten.
Koppeling met een apparaat

annuleren

Selecteer

Opties

>

Verwijderen

.

Alle koppelingen annuleren

Selecteer

Opties

>

Alle verwijderen

.