WLAN-instellingen
In de instellingen voor het draadloos LAN
(WLAN) kunt u opgeven of het WLAN-
symbool wordt weergegeven wanneer
een netwerk beschikbaar is en hoe
dikwijls het netwerk wordt gescand. U
kunt ook opgeven of en hoe de
internetconnectiviteitstest wordt
uitgevoerd, en geavanceerde WLAN-
instellingen weergeven.
Selecteer
Menu
>
Instellingen
en
Connectiviteit
>
WLAN
>
Opties
>
Instellingen
.
weergeven wanneer een WLAN
beschikbaar is
Selecteer
Beschkbrhd WLAN tonen
>
Ja
.
Instellen hoe dikwijls het apparaat
naar een beschikbaar WLAN zoekt
Selecteer
Beschkbrhd WLAN tonen
>
Ja
en
Zoeken naar netwerken
.
Connectiviteit 57
© 2011 Nokia. Alle rechten voorbehouden.
Instellingen voor
internetcapaciteitstest opgeven
Selecteer
Internetverbindingstest
en
geef op of u de test automatisch, na
bevestiging of nooit wilt uitvoeren. Als de
connectiviteitstest is geslaagd, is het
toegangspunt opgeslagen in de lijst met
internetbestemmingen.
Geavanceerde instellingen weergeven
Selecteer
Opties
>
Geavanc.
instellingen
.
U wordt geadviseerd de geavanceerde
WLAN-instellingen niet te wijzigen.